Mensen hebben het recht om een actieve rol te spelen bij het tot stand komen van beleid dat over hen gaan. Dit geldt voor alle overheidsniveaus, van gemeenten tot landelijke overheid, en in alle fasen van de beleidscyclus: van het aandragen van onderwerpen tot het evalueren van resultaten. Wanneer mensen meepraten en meebeslissen over beleid vergroot dat het draagvlak voor een maatregel en daarmee de effectiviteit.

Participatie in Nederland

De aandacht voor participatie groeit. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft het Kennisknooppunt Participatie opgezet, en de Wet versterking participatie verplicht gemeenten, provincies en waterschappen om inwoners actiever te betrekken. Ook werkt de overheid aan een interdepartementaal actieplan participatie op nationaal niveau.  

Toch blijven mensen in kwetsbare situaties, zoals mensen met een beperking, in armoede of zonder vaste woonplek, vaak buiten beeld. Dat komt door drempels zoals gebrekkige informatie, taalbarrières, tijdsdruk en verminderd vertrouwen in de overheid. Dit is een probleem omdat juist deze groepen vaker afhankelijk zijn van de overheid, bijvoorbeeld voor ondersteuning. Het is dan ook belangrijk dat de overheid hen betrekt bij beleid. Participatie betekent ook dat de overheidsinstantie mensen goed hoort voordat deze een besluit neemt in een individuele situatie. Zelfs bij de uitvoering van wetten waarin gemeenten worden verplicht om invloed van burgers op beleid te regelen, gebeurt dit onvoldoende. Zo constateert de Nationale ombudsman in zijn onderzoeken Burger in Zicht!, Inspraak mag geen vinkje zijn! en Participatie vanaf de zijlijn naar betekenisvolle participatie bij de uitvoering van de Wmo, de Participatiewet en de Jeugdwet.

Mensenrechten in de praktijk

Participatie is een mensenrecht, vastgelegd in verdragen zoals het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, het Verdrag inzake de uitbanning van discriminatie van vrouwen, het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, het Verdrag inzake de rechten van het kind en het Europees Sociaal Handvest. Het recht op participatie gaat over waarden als menselijke waardigheid, gelijkheid en inclusie. Overheden zijn verplicht om participatie voor iedereen mogelijk te maken: vroegtijdig, toegankelijk en betekenisvol. Dit vraagt om het wegnemen van drempels, het bieden van ondersteuning en compensatie, en het waarborgen van veilige deelname zonder negatieve gevolgen. Ook is het essentieel dat bijdragen zichtbaar meetellen in de besluitvorming, zodat participatie daadwerkelijk bijdraagt aan beleid. Participatie draagt bij aan de kwaliteit en effectiviteit van beleid en wetgeving en zorgt ook voor een samenleving waarin iedereen écht kan meedoen. 

Activiteiten van het College

Het College werkt aan het versterken van het recht op participatie. Wij brengen de participatiekloof in kaart en benadrukken het belang van betekenisvolle participatie in beleidstrajecten rond bestaanszekerheid en mensen met een beperking. Wij adviseren de overheid over participatie bij nieuwe wetgeving en ontwikkelen toetsingskaders en hulpmiddelen waarmee overheden hun participatiebeleid kunnen toetsen en verbeteren. Ook rapporteren wij aan internationale toezichthouders over de naleving van deze verplichtingen.