De maatschappelijke ruimte in Nederland neemt af. Dat blijkt uit de jaarlijkse rapportage over mensenrechten van het College voor de Rechten van de Mens. De overheid doet bijvoorbeeld wetsvoorstellen die het demonstratierecht zouden kunnen inperken en de ruimte en tijd voor dialoog tijdens consultaties voor wetgeving en beleid nemen af. Het College roept de overheid dan ook op om stappen te ondernemen om het maatschappelijk middenveld weer te faciliteren in plaats van te belemmeren.
Beeld: © Kim van Dam / ANP
In Nederland bestaat al heel lang een bloeiend en divers maatschappelijk middenveld. Denk bijvoorbeeld aan maatschappelijke organisaties zoals vakbonden, maar ook aan geloofsgemeenschappen en goede doelen. Deze organisaties bundelen individuele belangen en zo kan de Nederlandse bevolking reageren op overheidsbeleid.
Het maatschappelijk middenveld speelt een belangrijke rol in het beschermen van mensenrechten en de democratische rechtsstaat. Het kan de overheid aansporen mensenrechten te waarborgen, het publiek bewust maken van maatschappelijke kwesties, burgerparticipatie aanmoedigen en kritische tegenspraak leveren op – of juist steun uitspreken voor – beslissingen van de overheid. In een gezonde democratie kunnen verschillende geluiden dan vreedzaam met elkaar botsen.
Uit empirisch onderzoek, uitgevoerd door het Verwey Jonker Instituut voor deze rapportage, blijkt dat 86 procent van de ondervraagde maatschappelijke organisaties vindt dat de situatie voor het maatschappelijk middenveld in het algemeen in Nederland de afgelopen twee jaar is verslechterd.
Zorgelijke signalen
De zorgelijke signalen die het College beschrijft, lijken op eerdere ontwikkelingen in andere landen, waar de democratische rechtsstaat inmiddels afbrokkelt. Politici spreken bijvoorbeeld soms in stigmatiserende taal over maatschappelijke organisaties. Zo werd de naam van het wetsvoorstel ‘Wet transparantie maatschappelijke organisaties’ (Wtmo) veranderd in ‘Wet transparantie en tegengaan ondermijning door maatschappelijke organisaties’. Door dit taalgebruik in de naam van een wetsvoorstel, ontstaat een verdachtmaking van maatschappelijke organisaties in het algemeen, die niet op feiten gebaseerd is. In andere landen is gebleken dat dit soort stigmatisering een begin kan zijn van het nemen van maatregelen die de maatschappelijke ruimte schaden.
Ook doet de overheid wetsvoorstellen die het demonstratierecht zouden kunnen inperken. Er worden wetsvoorstellen aangenomen met zodanig open normen dat er ruimte ontstaat voor willekeur en politieke motivatie bij het verminderen van de vrijheid van maatschappelijke organisaties.
De maatregelen die gesignaleerd worden, hebben vooral invloed op organisaties die zich plegen uit te spreken tegen overheidsbeleid. Maar ook bij steun voor overheidsbeleid mag men verenigen en demonstreren. Uiteindelijk raakt het afnemen van de maatschappelijke ruimte iedereen in Nederland.
Maatschappelijke betrokkenheid in Nederland ondanks bedreiging groot
Ondanks deze zorgen, is de maatschappelijke betrokkenheid groot: het aantal mensen dat demonstreert neemt de afgelopen jaren juist toe. Toen lintjes voor vrijwilligers in de vluchtelingensector bijna werden geweigerd, meldden juist veel meer mensen zich aan als vrijwilliger.
Verschillende vormen van tegenspraak komen effectief tot stand. Zo hebben meer dan duizend imams, pastoors, predikanten, rabbijnen en voorgangers een oproep ondertekend tegen asielbeleid dat in 2024 en 2025 op tafel lag. Uit het onderzoek dat het Verwey Jonker Instituut in opdracht van het College heeft uitgevoerd onder maatschappelijke organisaties, blijkt ook dat ondanks dat een hoog percentage aan organisaties een verslechtering van de ruimte ziet, de omstandigheden op dit moment gemiddeld nog altijd als goed worden ervaren. Nederland kent nog altijd een actief, pluriform en betrokken maatschappelijk middenveld. Er is dus veel te verliezen.
Conclusie en aanbevelingen
In de rapportage laat het College zien dat de optelsom van wetsvoorstellen, maatregelen en gebeurtenissen die genoemd zijn, een potentiële bedreiging vormen voor het maatschappelijk middenveld. Het College doet onder andere de volgende aanbevelingen aan de Rijksoverheid en het parlement:
- Erken nadrukkelijk de legitimiteit van het maatschappelijk middenveld, de waarde hiervan in de democratische rechtsstaat.
- Werp geen ongerechtvaardigde belemmeringen op bij het verkrijgen van toegang tot financiële middelen voor maatschappelijke organisaties.
- Verbeter de mogelijkheden voor participatie van maatschappelijke organisaties bij het opstellen van wetgeving en beleid.
- Waarborg de toegang tot de rechter voor maatschappelijke organisaties.
Lees alle (volledige) aanbevelingen van het College in onze jaarrapportage.