Geweld tegen vrouwen
Geweld tegen vrouwen is overal ter wereld een groot probleem. Zo ook in Nederland. Bijna de helft van de Nederlandse vrouwen (45%) heeft aangegeven sinds haar vijftiende levensjaar slachtoffer te zijn geworden van lichamelijk of seksueel geweld. Geweld tegen vrouwen is een inbreuk op de mensenrechten van vrouwen. De overheid heeft daarom een belangrijke taak om dit geweld te voorkomen en bestrijden.

Het Verdrag van Istanbul
Een belangrijk mensenrechtenverdrag op het gebied van geweld tegen vrouwen is het Verdrag van de Raad van Europa inzake geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, beter bekend als het Verdrag van Istanbul. Het doel van dit verdrag is een Europa te creëren vrij van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld. Het verdrag onderstreept dat geweld tegen vrouwen voortkomt uit genderongelijkheid.
Tegelijkertijd houdt geweld tegen vrouwen genderongelijkheid in stand. Het is daarom nodig dat geweld tegen vrouwen wordt tegengegaan, waarbij rekening wordt gehouden met de ongelijke machtspositie van vrouwen en mannen. Nederland heeft het Verdrag van Istanbul geratificeerd en moet zich dus houden aan de verplichtingen uit dit verdrag. Deze verplichtingen zien onder meer op de preventie van geweld tegen vrouwen en over de bescherming en ondersteuning van slachtoffers.
Geweld tegen vrouwen uitgelegd
In het Verdrag van Istanbul is een definitie van ‘geweld tegen vrouwen’ opgenomen:
“Alle vormen van gendergerelateerd geweld die leiden of waarschijnlijk zullen leiden tot fysiek, seksueel of psychologisch letsel of leed of economische schade voor vrouwen, met inbegrip van bedreiging met dit soort geweld, dwang of willekeurige vrijheidsberoving, ongeacht of dit in het openbaar of in de privésfeer geschiedt.”
Gendergerelateerd geweld tegen vrouwen is geweld dat vrouwen treft omdat zij vrouw zijn, of dat hen buitenproportioneel vaak treft. Voorbeelden van gendergerelateerd geweld zijn mishandeling door een (ex-)partner, verkrachting en stalking. De definitie van geweld tegen vrouwen laat zien dat het om meer gaat dan alleen lichamelijk en seksueel geweld. Het kan bijvoorbeeld ook gaan om het financieel afhankelijk maken van vrouwen, het sociaal isoleren van vrouwen of het online plaatsen en verspreiden van intiem beeldmateriaal. Geweld tegen vrouwen kan thuis plaatsvinden, maar ook op straat, op het werk, of online.
Geweld tegen vrouwen en mensenrechten
Geweld tegen vrouwen is een ernstige mensenrechtenschending. Iedereen heeft namelijk het recht op een leven vrij van geweld, het recht op leven, het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit en het recht op gezondheid.
Geweld tegen vrouwen is daarnaast een vorm discriminatie van vrouwen, omdat te weinig wordt gedaan tegen vormen van geweld die vrouwen buitenproportioneel vaak treffen, zoals seksueel geweld en huiselijk geweld. Dat betekent dat zij geen gelijke bescherming tegen geweld hebben. De overheid heeft dus een mensenrechtelijke verplichting om geweld tegen vrouwen te voorkomen en bestrijden. Als de overheid dit onvoldoende doet, kunnen de verschillende mensenrechten in het geding komen.
De rol van de overheid
Geweld tegen vrouwen is geen privéprobleem of vrouwenprobleem, maar een maatschappelijk probleem. Omdat het ook een mensenrechtenprobleem is, moet de overheid dit probleem aanpakken. De overheid moet bijvoorbeeld vormen van geweld tegen vrouwen strafbaar stellen. Dat geldt voor lichamelijk geweld en seksueel geweld, maar ook voor psychologisch geweld, stalking, huwelijksdwang en genitale verminking. Gevallen van geweld tegen vrouwen moet de overheid onderzoeken. En als sprake is van een strafbaar feit, moet de overheid de pleger vervolgen en bestraffen.
De overheid moet ook iets doen aan de oorzaken van geweld tegen vrouwen. Geweld tegen vrouwen komt namelijk voort uit ongelijke machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen. Door deze ongelijke machtsverhoudingen hebben vrouwen geen gelijke zeggenschap en blijft discriminatie in stand. Stereotiepe opvattingen over wat vrouwelijk en wat mannelijk is spelen daarbij een belangrijke rol. Om tot structurele verbetering te komen, moet de overheid deze stereotiepe opvattingen over vrouwelijkheid en mannelijkheid uitbannen. En ervoor zorgen dat vrouwen een sterkere positie in de maatschappij krijgen. Alleen op die manier kan geweld tegen vrouwen teruggedrongen worden.
Wil je meer weten over de verplichtingen van de overheid op het gebied van geweld tegen vrouwen en/of huiselijk geweld? In het Verdrag van Istanbul staan deze verplichtingen gedetailleerd omschreven.
Femicide
De term femicide wordt gebruikt als sprake is van het opzettelijk doden van een vrouw omdat zij vrouw is. We gebruiken de term om duidelijk te maken dat het om een vorm van geweld gaat die vooral vrouwen treft. Femicide wordt meestal door mannen gepleegd, en meestal door de partner of ex-partner. Vaak is er in de relatie al langer sprake van structurele mishandeling. Dat kan gaan om psychisch geweld, bedreigingen, intimidatie of lichamelijk of seksueel geweld. Femicide is een extreme vorm van geweld tegen vrouwen in de privésfeer.
Meer over femicide:
ILO-VERDRAG 190
Verdrag tegen geweld en intimidatie op het werk
De Internationale Arbeidsorganisatie heeft in 2019 een verdrag aangenomen om geweld en intimidatie op het werk uit te bannen. Dit verdrag gaat over (het dreigen met) onaanvaardbare gedragingen of praktijken die kunnen leiden tot fysieke, psychologische, seksuele of economische schade.
Nederland heeft vóór het verdrag gestemd, maar heeft het verdrag nog niet bekrachtigd. Eerst wil de regering onderzoeken of het wenselijk is om het verdrag te ratificeren, en of er wetswijzigingen nodig zijn. Het College vindt dat Nederland dit verdrag moet goedkeuren, omdat implementatie zal leiden tot een betere rechtsbescherming van werknemers in het algemeen en vrouwelijke werknemers in het bijzonder. Het zijn namelijk vooral vrouwen die te maken krijgen met seksuele intimidatie op het werk. Met dit verdrag wordt hun positie verbeterd.