Toegankelijk onderwijs voor iedereen

Verdieping

Vandaag vergadert de Tweede Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de verbeteraanpak Passend Onderwijs. Onderdeel van deze verbeteraanpak is de ontwikkeling van een routekaart naar inclusiever onderwijs. In een brief aan de commissie vraagt het College voor de Rechten van de Mens aandacht voor het recht op onderwijs volgens het VN-verdrag handicap binnen deze verbeteraanpak. Wat betekent het recht op onderwijs voor leerlingen en studenten met een beperking? En wat is eigenlijk het verschil tussen inclusief onderwijs en passend onderwijs?  

Het recht op onderwijs  

Leerlingen en studenten met een beperking komen nog steeds veel obstakels tegen in het onderwijs. Denk bijvoorbeeld aan schoolgebouwen die nog niet volledig toegankelijk zijn voor leerlingen en studenten met een fysieke beperking. Of ontoegankelijk lesmateriaal voor leerlingen en studenten met een visuele beperking. Hierdoor kunnen zij het recht op onderwijs volgens het VN-verdrag handicap (nog) niet volledig genieten.  

Op basis van het VN-verdrag handicap betekent het recht op onderwijs dat de leerling en haar of zijn mogelijkheden om zich te ontwikkelen en te ontplooien centraal staan. Het is daarbij belangrijk dat er zorgvuldig gekeken wordt naar wat leerlingen met een beperking hiervoor nodig hebben. Daarnaast moeten leerlingen en studenten zelf mee kunnen denken en praten bij het maken van wetten en beleid over onderwijs.  

Naar inclusiever onderwijs   

Leerlingen en studenten met een beperking moeten, net als ieder ander, volwaardig mee kunnen doen aan onze samenleving. Dit begint al bij de kinderopvang en later op school. In het VN-verdrag handicap staat daarom dat de overheid moet zorgen voor een inclusief onderwijssysteem. Dan gaan mensen met en zonder beperking, zoveel als mogelijk, samen naar school. Dit draagt er ook aan bij dat kinderen al vroeg leren dat iedereen verschillend is en eigen talenten heeft.  

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is momenteel bezig, samen met het onderwijs en met leerlingen met een beperking zelf, met het ontwikkelen van een routekaart naar inclusiever onderwijs. Hiervoor worden verschillende maatregelen onderzocht en voorbereid om het onderwijssysteem toegankelijk te maken voor iedereen. Ook voor leerlingen en studenten met een beperking.  

Verschil met passend onderwijs    

Inclusief onderwijs is niet hetzelfde als passend onderwijs. Sinds 2014 hebben we in Nederland de Wet passend onderwijs. Volgens deze wet zijn scholen verplicht om passende ondersteuning te bieden aan leerlingen die dat nodig hebben. Als dit niet mogelijk is moeten scholen zoeken naar een andere school waar de leerling wel genoeg extra ondersteuning kan krijgen.  

Het lukt nog niet altijd om kinderen een passende plek te bieden in het regulier onderwijs. Dat is wel de bedoeling van een inclusief onderwijssysteem. Daarom is het volgens het College goed dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bezig is met een plan om het onderwijs in Nederland inclusiever te maken.  

Wat doet het College? 

Het College is toezichthouder op de uitvoering van het VN-verdrag handicap in Nederland. De afgelopen jaren heeft het College onder meer een verdiepend advies geschreven over het recht op onderwijs volgens het VN-verdrag handicap. In dit advies stonden verschillende aanbevelingen en praktische handvatten. Bijvoorbeeld het advies aan de overheid om een overkoepelend beleidskader te maken en praktische tips voor onderwijsinstellingen om aan de slag te gaan met toegankelijk lesmateriaal. Maar ook de belangrijke verplichting om mensen met een beperking zelf actief te betrekken bij het maken van wetten en beleid. Dit komt onder meer ook terug in de brief aan de commissie. De komende maanden zal het College het proces van de routekaart nauw volgen om toe te zien dat het recht op onderwijs volgens het VN-verdrag handicap tot uiting komt in de routekaart.