Veel ouderen in verpleeghuizen komen weinig buiten

Verdieping

Op 14 en 22 september 2017 publiceerde het Sociaal en Cultureel Planbureau de gegevens van het onderzoek Ouderen in Instellingen.

Wat speelt er?

De publicatie van 14 september heeft als titel ‘Ouderen in verpleeghuizen en verzorgingshuizen. Landelijk overzicht van hun leefsituatie in 2015/’16'. Deze publicatie bevat veel feitelijke gegevens over de bewoners en hoe zij leven. Als de onderzoekers niet met de bewoners zelf konden spreken, bijvoorbeeld vanwege vergevorderde dementie, hebben zij met verzorgers of familieleden gesproken.

Uit deze publicatie blijkt dat een aanzienlijk deel van de ouderen, namelijk 44%, vaker naar buiten zou willen. Uit het onderzoek blijkt dat bijna twee derde van de bewoners dagelijks of ten minste een keer per week buiten komt. Maar een kwart van de ouderen komt zelden of nooit buiten. Dat komt vaak omdat de gezondheid een belemmering vormt. Maar ook omdat er niemand is die met hen mee kan of wil, of om hen te brengen en te halen.

Op 22 september 2017 is de zusterstudie, getiteld 'Gelukkig in een verpleeghuis? Ervaren kwaliteit van leven en zorg van ouderen in verpleeghuizen en verzorgingshuizen' verschenen. Voor dit rapport hebben de onderzoekers gesproken met bewoners van verpleeghuizen die daartoe in staat waren over hun ervaringen en oordelen over de kwaliteit van hun leven (geluk, eenzaamheid, levenslust) en de kwaliteit van de verzorging (privacy, autonomie, bejegening, veiligheid). In het rapport staat de kwaliteit van de zorg en de kwaliteit van het leven van de bewoners centraal. Heel belangrijke kwesties gezien de actuele discussies over de verpleeghuiszorg. Bewoners zijn in het algemeen positief over de kwaliteit van de verzorging. De bewoners is ook gevraagd naar de mate waarin zij zich veilig voelen, beslissingen kunnen nemen, privacy hebben en naar hun oordeel over de leefomgeving. Bewoners vinden zorgverlening vaak gehaast, zij kunnen niet meebeslissen over de ontvangen zorg en zij nemen minder snel personeel in vertrouwen. De onderzoekers concluderen dat het beleid zich meer zou mogen richten op het faciliteren van deze persoonsgerichte zorg.

Wat de kwaliteit van leven betreft, zijn bewoners onder meer gevraagd naar de mogelijkheid mee te doen aan activiteiten. De onderzoekers noemen het verontrustend dat de helft van de bewoners zegt eenzaam te zijn, wat zij zien als een aanwijzing dat meer aandacht nodig is voor de persoonlijke levenssfeer van de bewoners.

Wat heeft dit met mensenrechten te maken?

Veel van de onderwerpen die in de rapporten aan de orde komen, gaan over de mensenrechten van de bewoners van verpleeghuizen. Het rapport gebruikt verschillende termen die ook in mensenrechten gangbaar zijn, zoals autonomie, participatie, bejegening, veiligheid, privacy en de persoonlijke levenssfeer. Ook de zinvolle dag heeft met mensenrechten te maken. Een zinvolle dag is een van de factoren die kan bijdragen aan het recht op menswaardige behandeling. In het geval van onvoldoende activiteitenaanbod en ondersteuning kan het recht op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in het geding komen. Dit blijkt uit de rapportage ‘De Cliënt Centraal. De betekenis van mensenrechten voor ouderen in verpleeghuizen’ van het College (februari 2016). In het rapport is veel aandacht voor mensenrechten die zeer verbonden zijn met het alledaagse leven. De achterliggende gedachte hierbij is dat menselijke waardigheid naar voren komt in ogenschijnlijk kleine, dagelijkse dingen.

Het onderzoek laat zien dat veel goed gaat in de verpleeghuiszorg, maar het legt ook een aantal risico’s – en daarmee kansen voor verbetering – bloot. Deze zijn het grootst op het gebied van daginvulling. Uit het rapport blijkt dat veel ouderen gedurende de dag weinig om handen hebben. Hoewel zij in staat zijn activiteiten te ondernemen en hier belangstelling voor tonen, is het aanbod van activiteiten in het verpleeghuis lang niet altijd voldoende of sluit het niet goed aan bij individuele interesses. Cliënten hebben in sommige gevallen weinig zeggenschap over de manier waarop zij de dag doorbrengen. Degenen die op ondersteuning zijn aangewezen voor het ondernemen van activiteiten, ontvangen deze niet altijd, waardoor zij bijvoorbeeld amper buiten komen.

Wat doet het College?

Het College laat in zijn rapport ‘De cliënt centraal’ zien dat mensenrechten relevant zijn voor cliënten van verpleeghuizen. Het College beveelt verpleeghuizen aan de rechten, wensen en behoeften van cliënten centraal te stellen. Niet alleen op het gebied van de daginvulling, maar ten aanzien van alle levensdomeinen. Het College volgt de ontwikkelingen ten aanzien van cliënten in verpleeghuizen. Waar mogelijk benadrukt het het belang van cliëntgerichte zorg en de bewustwording van mensenrechten. Sinds de publicatie van het rapport van het College zijn al veranderingen in gang gezet. De minister van VWS heeft geld beschikbaar gemaakt voor de daginvulling. Het thema ‘zinvolle dagbesteding’ is onderdeel van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg van het Zorginstituut Nederland. Dit kader is mede gebaseerd op de aanbevelingen die het College voor Rechten van de Mens heeft geformuleerd.