De onmisbare rol van vrouwen bij de totstandkoming van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens

Verdieping

Op 10 december 2023 bestaat de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens (UVRM) 75 jaar. De rechten en vrijheden die in de Verklaring zijn opgenomen worden toegekend aan ‘alle mensen’, ‘eenieder’ of ‘allen’. Dat lijkt nu misschien vanzelfsprekend, maar in de tijd dat de UVRM werd opgesteld was dat niet zo. Vrouwen hebben daar tijdens de onderhandelingen voor gezorgd. Vrouwen hebben zowel een grote invloed uitgeoefend op het taalgebruik als de inhoudelijke rechten in de UVRM. Dankzij hen zijn de belangen van vrouwen vertegenwoordigd en is de Verklaring een universeel en alomvattend document geworden waar we vandaag de dag nog veel aan hebben.   

Van links naar rechts: Angela Jurdak (Libanon), Fryderyka Kalinowski (Polen), Bodil Begtrup (Denemarken), Minerva Bernardino (Dominicaanse Republiek), en Hansa Mehta (India), mei 1946.
Beeld: ©UN Photo / UN
Van links naar rechts: Angela Jurdak (Libanon), Fryderyka Kalinowski (Polen), Bodil Begtrup (Denemarken), Minerva Bernardino (Dominicaanse Republiek), en Hansa Mehta (India), mei 1946.

Waar beginnen de universele mensenrechten? Op kleine plaatsen, dicht bij huis - zo dichtbij en zo klein dat ze op geen enkele kaart van de wereld gezien kunnen worden. Maar die plekken zijn de wereld van individuele mensen; de buurt waarin hij woont; de school die hij bezoekt; de fabriek, boerderij of kantoren waar hij werkt. Als deze rechten daar geen betekenis hebben, hebben ze weinig betekenis ergens anders. Eleanor Roosevelt

Eleanor Roosevelt
Beeld: ©UN Photo / UN
Eleanor Roosevelt (VS) met een poster van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, november 1949

De rol van vrouwen tijdens de onderhandelingen

De meest bekende vrouw die betrokken is geweest bij het opstellen van de UVRM is Eleanor Roosevelt. Met haar diplomatieke vaardigheden heeft zij de onderhandelingen steeds in goede banen geleid, waardoor de Verklaring op 10 december 1948 kon worden aangenomen door de VN. Maar zij was niet de enige vrouw die het verschil heeft gemaakt. Zo waren er vrouwen die optraden als vertegenwoordiger van hun land in de VN-commissie die de opdracht had gekregen om de UVRM op te stellen (de Mensenrechtencommissie) of in één van de andere VN-commissies die betrokken waren bij de onderhandelingen. Anderen waren onderdeel van de speciale VN-Vrouwencommissie, die de taak had (en heeft) om de VN te adviseren over de bevordering van vrouwenrechten. Tijdens de onderhandelingen over de UVRM heeft de VN-Vrouwencommissie gezorgd voor een essentieel vrouwenrechtenperspectief op de tekst en inhoud daarvan. 

Inclusief taalgebruik

Toen de UVRM werd opgesteld was inclusief taalgebruik niet vanzelfsprekend. Zeker niet in het Engels, de taal waarin over de tekst van de UVRM werd onderhandeld. Daarin was het gebruikelijk om te verwijzen naar ‘men’ (mannen) of ‘all men’ (alle mannen) ook als daarmee álle mensen werden bedoeld.  

Zo ook in eerdere versies van de UVRM. Een eerdere variant van artikel 1 UVRM  begon bijvoorbeeld met de zin “All men are born free and equal”. Dit wekte onvrede bij Hansa Mehta, vertegenwoordiger van India. Zij vond dat deze formulering vrouwen buitensloot en ouderwets was.  

Ook Bodil Begtrup, vertegenwoordiger van Denemarken en de eerste voorzitter van de VN-Vrouwencommissie, vond dat dit anders moest. Mede doordat deze vrouwen zich steeds hebben uitgesproken, begint artikel 1 UVRM nu met: “All human beings are born free and equal in dignity and rights.” Bodil Begtrup heeft zich ook ingezet voor inclusief taalgebruik in de andere bepalingen van de UVRM. Mede dankzij haar worden alle rechten en vrijheden in de UVRM toegekend aan ‘eenieder’, ‘alle mensen’ of ‘allen’ en niet alleen aan mannen.

Lakshmi Menon uit India spreekt de Algemene Vergadering toe vóór de goedkeuring van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, 1948
Beeld: ©UN Photo / UN
Lakshmi Menon uit India spreekt de Algemene Vergadering toe vóór de goedkeuring van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, 1948

Non-discriminatie en gelijkheid tussen mannen en vrouwen

In de UVRM is veel aandacht voor non-discriminatie en gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Vrouwen hebben daar een belangrijk aandeel in gehad. Bijvoorbeeld Lakshmi Menon, vertegenwoordiger van India, en Minerva Bernadino, vertegenwoordiger van de Dominicaanse Republiek en één van de drijvende krachten achter de oprichting van de VN-Vrouwencommissie. Zij hebben ervoor gezorgd dat het beginsel van gelijke rechten voor mannen en vrouwen wordt genoemd in de inleidende tekst van de UVRM. Het was volgens hen nodig om dit beginsel te benadrukken omdat vrouwen niet in alle landen automatisch als rechthebbenden werden gezien.  

Marie-Hélène Lefaucheux uit Frankrijk (links), voorzitter van de Commissie voor de Status van Vrouwen; Mary Sutherland uit het Verenigd Koninkrijk (midden); en Olive Remington Goldman uit de Verenigde Staten (rechts), januari 1948
Beeld: ©UN Photo / UN
Marie-Hélène Lefaucheux uit Frankrijk (links), voorzitter van de Commissie voor de Status van Vrouwen; Mary Sutherland uit het Verenigd Koninkrijk (midden); en Olive Remington Goldman uit de Verenigde Staten (rechts), januari 1948

En het is dankzij Marie-Hélène Lefaucheux, vertegenwoordiger van Frankrijk en lid van de VN-Vrouwencommissie, dat een verbod op discriminatie op grond van geslacht is opgenomen in artikel 2 UVRM. Dat betekent dat mannen en vrouwen niet zomaar anders behandeld mogen worden. Dat was niet vanzelfsprekend in een tijd waarin vrouwen voor de wet meestal niet gelijk waren aan mannen.

Het recht om te trouwen

Artikel 16 UVRM beschermt het recht van volwassen mannen en vrouwen om te trouwen. Vrouwen hebben een grote invloed gehad op de inhoud van dit artikel. De UVRM werd opgesteld in een tijd waarin mannen en vrouwen voor de wet vaak niet gelijk waren. De ongelijkheid van vrouwen kwam onder andere tot uitdrukking in de wetten en regels die golden voor het huwelijk en gezinsleven.  

Vrouwen waren niet altijd vrij om hun echtgenoot te kiezen. Er waren, en zijn, landen waar vrouwen en meisjes werden uitgehuwelijkt, vaak aan veel oudere mannen. Eenmaal getrouwd verloren vrouwen vaak hun beslissingsbevoegdheid en individuele rechten, waardoor zij totaal afhankelijk werden van hun echtgenoot. Dat maakte hen extra kwetsbaar voor huiselijk geweld. 

Veel landen, waaronder Nederland, voelden er niets voor om iets op te nemen over het beëindigen van een huwelijk

Begum Shaista Ikramullah, afgevaardigde van Pakistan naar de Derde Commissie van de VN, december 1956
Beeld: ©UN Photo / UN
Begum Shaista Ikramullah, afgevaardigde van Pakistan naar de Derde Commissie van de VN, december 1956

Getrouwde vrouwen hadden vaak ook geen mogelijkheden om te scheiden, in tegenstelling tot getrouwde mannen. Het tegengaan van deze ongelijkheden en het verbeteren van de positie van vrouwen in het huwelijk was één van de prioriteiten van de VN-Vrouwencommissie. Zij vonden het belangrijk dat artikel 16 UVRM bescherming zou bieden tegen deze ongelijkheden. Voor Begum Shaista Ikramullah, vertegenwoordiger van Pakistan, was het vooral van belang dat de tekst van artikel 16 UVRM bescherming zou bieden tegen gedwongen huwelijken en kindhuwelijken. Dat is gelukt.  

Artikel 16 UVRM benadrukt dat een huwelijk alleen kan plaatsvinden tussen volwassenen die daar allebei volledig en vrijwillig mee instemmen. En dat mannen en vrouwen gelijke rechten hebben bij het aangaan van een huwelijk, tijdens het huwelijk en bij de ontbinding daarvan. Vooral voor dat laatste heeft de VN-Vrouwencommissie hard moeten vechten: veel landen, waaronder Nederland, voelden er niets voor om iets op te nemen over het beëindigen van een huwelijk. Toch is het er uiteindelijk ingekomen.  

Een interessant detail: artikel 16 UVRM is het enige artikel dat een recht toekent aan ‘mannen en vrouwen’ in plaats van aan ‘alle mensen’, ‘eenieder’ of ‘allen’. Vaak wordt gedacht dat bewust voor die woorden is gekozen om het huwelijk tussen personen van gelijk geslacht uit te sluiten. Dat is niet zo. De echte reden was om de gelijkheid van mannen en vrouwen in het huwelijk extra te benadrukken.  

Politieke participatie

Artikel 21 UVRM beschermt ieders recht om deel te nemen aan het bestuur van hun land. Dat houdt in dat je mag stemmen, jezelf verkiesbaar mag stellen en voor de overheid mag werken. Van oudsher werden deze zaken vooral gezien als mannenaangelegenheden. Lange tijd hadden vrouwen geen stemrecht en konden zij zich niet verkiesbaar stellen. Zij werden vaak uitgesloten van politieke en bestuurlijke functies of ontmoedigd om deze functies te bekleden. Om die reden wilde VN-Vrouwencommissie de gelijkheid van mannen en vrouwen in artikel 21 UVRM extra benadrukken. Het liefst hadden zij gezien dat het verbod op discriminatie op grond van geslacht herhaald zou worden in dit artikel. Dat is uiteindelijk niet gelukt. Wel hebben zij er mede voor gezorgd dat in het artikel is bepaald dat iedereen op voet van gelijkheid moet worden toegelaten tot de overheidsdiensten van het land.  

Begum Hamid Ali (links) praat met Evdokia I. Uralova (midden), en een tolk, januari 1948
Beeld: ©UN Photo / UN Photo/ Kari Berggrav
Begum Hamid Ali (links) praat met Evdokia I. Uralova (midden), en een tolk, januari 1948

Het recht op gelijke beloning voor gelijk werk

Artikel 23 UVRM beschermt het recht van iedereen om te werken. Evdokia Uralova, vertegenwoordiger van de toenmalige Wit-Russische Socialistische Sovjetrepubliek en lid van de VN-Vrouwencommissie, vond dit artikel van groot belang voor vrouwen. Zij wees erop dat bij vacatures vaak de voorkeur uitging naar mannen. En dat vrouwen vaak veel minder betaald kregen dan mannen voor gelijksoortig werk. Uralova wilde daarom niet alleen inzetten op gelijke toegang tot werk, maar óók op gelijke voorwaarden op de werkvloer. Het is grotendeels aan haar te danken dat in artikel 23 UVRM expliciet is opgenomen dat iedereen, zonder enige achterstelling, recht heeft op gelijke beloning voor gelijk werk.  

De UVRM laat zien hoe belangrijk het is om verschillende groepen en perspectieven aan tafel te hebben bij onderhandelingen over zaken die ons allemaal aangaan

Goede vertegenwoordiging essentieel voor inclusieve maatschappij

Vrouwen van over de hele wereld zijn nauw en actief betrokken geweest bij de onderhandelingen over de UVRM. Van begin tot eind hebben zij hun unieke perspectieven ingebracht. Daarmee hebben zij een duidelijke stempel achtergelaten op de tekst en de inhoud van de Verklaring. Hierdoor is de UVRM een document geworden waarin óók de belangen van vrouwen goed vertegenwoordigd zijn. Dit laat zien hoe belangrijk het is om verschillende groepen en perspectieven aan tafel te hebben bij onderhandelingen over zaken die ons allemaal aangaan. Alleen op die manier kunnen we zorgen voor een inclusieve en gelijkwaardige maatschappij waarin ieders belangen goed vertegenwoordigd zijn.