Institutioneel racisme

Ook in Nederland is sprake van institutioneel racisme. Niet zozeer door discriminerende wetten en regels, maar juist door bewuste en onbewuste stereotypen en vooroordelen. Dit komt tot uiting in structurele en collectieve achterstelling van groepen mensen op basis van hun (vermeende) etniciteit. Bijvoorbeeld vanwege je huidskleur, taal, cultuur, nationaliteit of religie. 

Actualiteit 

Discriminatie komt onder andere voor op de arbeidsmarkt, woningmarkt, binnen de sport, het onderwijs, maar ook via sociale media en de openbare ruimte. Uit eerder onderzoek van het College blijkt dat 28 procent van mensen die discriminatie in de openbare ruimte ervaren, dit meemaken op basis van hun (vermeende) etniciteit. Het is de taak van de overheid om daartegen op te treden. Door het nemen van maatregelen om het te voorkomen en achteraf te bestraffen. 

Het College schreef vorig jaar ook over institutioneel racisme; de inbedding van racisme in georganiseerde vormen van samenleven en het structurele en collectieve karakter van dit gedrag. Het kan daarbij gaan om organisaties zoals een bedrijf, maar ook een deel van de samenleving zoals de arbeidsmarkt. Er is steeds meer discussie over institutioneel racisme binnen de overheid. Dat is niet zo gek, want negatieve stereotypen en vooroordelen over groepen mensen vinden ook bij ambtenaren plaats. Dit kan vervolgens leiden tot discriminerend gedrag.    

De Autoriteit Persoonsgegevens stelde twee jaar geleden vast dat bij meerdere fraudeonderzoeken van de Belastingdienst mensen op hun nationaliteit of afkomst voor een extra controle zijn geselecteerd. Op basis van onze definitie van institutioneel racisme heeft de Belastingdienst onlangs erkend dat er bij een deel van de uitvoeringsorganisatie sprake was van discriminerende patronen. Daarnaast is ook bekend dat etnische minderheden meer staande worden gehouden door de politie. Dit roept de vraag op of vergelijkbare praktijken ook bij andere uitvoeringsorganisaties plaatsvindt. 

Mensenrechten in de praktijk 

Ervaringen met discriminatie heeft veel negatieve gevolgen voor mensen en de samenleving. Veel mensen ondervinden dagelijks hoe pijnlijk het is om gediscrimineerd te worden. Het maakt dat mensen zich vernedert, onveilig en in hun waarde aangetast voelen, en vergroot stigmatisering van diverse bevolkingsgroepen. Bovendien tast het de vrije uitoefening van mensenrechten aan, en creëert het wanvertrouwen in instituties en de rechtsstaat. 

Het voorkomen en tegengaan van institutioneel racisme is daarom niet alleen nodig vanwege het verbod op discriminatie, maar ook vanwege de bescherming van andere mensenrechten. Preventief fouilleren door de politie maakt bijvoorbeeld een inbreuk op het recht op lichamelijke integriteit. Mensen die hier regelmatig mee te maken krijgen, kunnen zich minder vrij voelen om te gaan en staan waar zij willen. Dat raakt dus ook hun recht op bewegingsvrijheid. 

Wanneer negatieve vooroordelen en stereotypen over etnische minderheden een rol spelen bij het handelen van overheidsinstanties, kunnen ook sociale en economische rechten in het gedrang komen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om het recht op sociale voorzieningen. Bij de toeslagenaffaire verloren mensen soms hun huis of werk als gevolg van een zeer streng terugvorderingsbeleid en de stigmatisering die daaruit voortvloeide. Dit laat zien dat werkwijzen ook kan raken aan het recht op een behoorlijke levensstandaard en het recht op werk.

Activiteiten van het College 

Het is hoog tijd om institutioneel racisme uit te bannen. Sinds de wereldwijde antiracismedemonstraties, het maatschappelijke en politieke debat over institutioneel racisme, staat dit thema hoog op de agenda van het College. Daarom is het activiteiten gestart met het doel om binnen overheidsinstanties de aandacht te vergroten voor het voorkomen en tegengaan van werkwijzen, gedrag en handelen die (kunnen) leiden tot discriminatie:  

Betekenis en aanpak van (institutioneel) racisme 

Het College adviseert ministerie van Binnenlands Zaken & Koninkrijksrelaties om tot een definitie van racisme te komen die recht doet aan gangbare wetenschappelijke en internationale definities. Daarnaast stelt het dat institutioneel racisme om een institutionele aanpak vraagt. Een aanpak die niet alleen van slachtoffers komt, maar juist ook vanuit instituties. 

Discriminatie door risicoprofielen  

Daarnaast ontwikkelde het College voor overheidsinstanties een toetsingskader voor risicoprofielen om etnisch profileren voorkomen. Het bevat een norm waar overheidsinstanties zich ten minste aan moeten houden voor het opstellen en inzetten van een risicoprofiel, en is gebaseerd op uitspraken van nationale en internationale rechters en toezichthouders. 

Oordelen over discriminatieklachten 

Wie zich gediscrimineerd voelt, kan vragen om een oordeel bij het College. Voor ondersteuning bij het aanvragen van een verzoek, kan contact worden opgenomen met lokale antidiscriminatievoorzieningen. Dat geldt ook voor een discriminatieklacht tegen een overheidsinstantie. Tientallen ouders stapten naar het College om een oordeel te krijgen over discriminatieklachten bij beslissingen van de Belastingdienst. Het onderzoek is volop gaande. 

Programma Vooroordelen Voorbij 

Tot slot is het College het programma Vooroordelen Voorbij gestart om discriminatie bij ambtenaren te bestrijden. Het programma vergroot inzicht in bewuste en onbewuste stereotypen en vooroordelen over etnische minderheden. Bovendien creëert het interventies voor het verbeteren van procedures bij discriminatieklachten. Het doel is om discriminatie van uitvoeringsinstanties op effectieve wijze te voorkomen en tegen te gaan.