Bescherming transgender personen en mensen met een intersekse conditie explicieter door wijziging Algemene wet gelijke behandeling

Verdieping

Zichtbaar jezelf kunnen zijn is een maatschappelijk ideaal. Voor veel personen die niet voldoen aan het traditionele man/vrouw beeld, zoals intersekse personen en transgender personen, is dit helaas niet de dagelijkse realiteit.

Wat speelt er?

Politieke partijen D66, PvdA en Groen Links hebben een initiatiefwetsvoorstel ingediend waarin de discriminatie van intersekse personen en transpersonen expliciet wordt verboden. Deze initiatiefwet bestaat uit drie toevoegingen aan de Algemene wet gelijke behandeling (Awgb). Onder de verboden discriminatiegrond geslacht gaan ook de begrippen geslachtskenmerken, genderidentiteit en genderexpressie vallen. Geslachtskenmerken verduidelijkt dat mensen met een intersekse conditie beschermd worden. Genderidentiteit (wat je van binnen voelt) en genderexpressie (hoe je je aan de buitenwereld toont) verduidelijken dat transpersonen, en mensen die zich niet thuis voelen in het standaard man en vrouw plaatje, beschermd worden.

Intersekse personen

Intersekse personen zijn geboren met een lichaam dat biologisch gezien niet voldoet aan de standaard definitie van vrouw of man. Zij krijgen soms te maken met ongewenste reacties die voortkomen uit onwetendheid, ongemak of onbegrip. Het intersekse lichaam wordt vaak beschouwd als een medische aandoening. Vanuit dit beeld worden intersekse kinderen op jonge leeftijd geopereerd om het ‘passend’ te maken aan het algemene idee van vrouw of man. Medici en pedagogen geven ouders veelal het advies om het kind met een intersekse lichaam als typische jongen of typisch meisje op te voeden. Hierbij ontvangen intersekse personen niet altijd goede informatie over hun conditie en de behandelingen. De onzichtbaarheid van intersekse personen in de samenleving is een ander probleem. Vaak hebben zij geen weet van hun intersekse conditie. Angst voor stigmatisering en sociale uitsluiting maakt dat mensen ook vaak niet open zijn over hun intersekse conditie. Verder ervaren deze mensen veel onbegrip en negatieve reacties dat gevolgen heeft voor hun welbevinden. Dit kan de participatie van intersekse personen in opleiding, werk en vrije tijd ongunstig beïnvloeden. Schending van rechten leidt tot ongelijkheid op deze terreinen.

Transgender personen

Transgender personen zijn mensen die een verschil ervaren tussen hun beleving of expressie van gender en het geslacht dat hen bij de geboorte is toegekend. Niet alle transgender personen leven volgens hun genderidentiteit, met name uit angst voor negatieve gevolgen, onzekerheid en schaamte. Een aantal transgenders vindt het belangrijk om erkend te worden in het geslacht dat overeenkomt met hun genderidentiteit. Andere hebben een incongruente of ambigue genderidentiteit. Dit kan leiden tot gedoe, verlegenheid maar ook tot discriminatie. Transgender personen hebben ook te maken met pestgedrag en uitsluiting. Zij lopen aan tegen de heersende opvattingen over hoe mannen en vrouwen eruitzien of horen te zien. De arbeidsmarktpositie is zorgelijk. Transgender werknemers ervaren (in)directe discriminatie door hun werkgever, onder meer in relatie tot hun transitie. Bijvoorbeeld wanneer zij vakantiedagen moeten opnemen vanwege hun geslachtsverandering. Ook krijgen transgenders negatieve reacties in de openbare ruimtes en op school. De arbeidsparticipatie van transgender personen is beperkt. Ook werken zij regelmatig onder hun opleidingsniveau, is de arbeidsuitval hoog en zijn transgender personen relatief vaak arbeidsongeschikt. Transgender vrouwen in transitie hebben soms geen recht op vergoedingen in de zorg waar andere vrouwen wel recht op hebben.

Wat heeft dit met mensenrechten te maken?

Lange tijd beperkte de aandacht voor intersekse zich tot de medische hoek. Nu komt er steeds meer aandacht voor het mensenrechtenaspect van kwesties als medische onomkeerbare, behandelingen bij kinderen met een intersekse lichaam door stereotype beelden in de zorg. Deze medische ingrepen raken het recht op zelfbeschikking, lichamelijke integriteit en autonomie. Bij transgender personen gaat het onder meer om het recht op bescherming van het privéleven en ook het recht op gelijke behandeling.

Er bestaat geen verdrag dat zich specifiek richt op transgender personen en personen met een intersekse conditie.De non-discriminatiebepalingen die in verschillende VN-verdragen zijn opgenomen, gelden ook voor bovengenoemde doelgroep. Zo zijn het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR) en het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (IVESCR) van toepassing. Op het niveau van de Raad van Europa en de Europese Unie zijn de rechten van transgender personen en intersekse personen ook vastgelegd. Voor meer informatie zie het juridisch kader.

Op internationaal niveau bestaan een aantal belangrijke beginselen over de bescherming van de rechten van transgender personen en personen met een intersekse conditie. Deze zijn vastgelegd in de Verklaring van Montreal en de Yogyakarta principles. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het recht om niet gediscrimineerd te worden en het recht op werk, onderwijs en privacy. Met name in de Jogjakarta beginselen is vastgelegd hoe mensenrechten moeten worden toegepast in het kader van genderidentiteit.

Wat doet het College?

Het College beoordeelt zaken van transgenders personen en zaken van intersekse personen. In 2013 adviseerde het College de regering en de Tweede Kamer een verbod op discriminatie wegens genderidentiteit – en expressie toe te voegen aan de Awgb. Het College benadrukte dat het belangrijk is dat de samenleving en transgenders weten dat deze vorm van discriminatie verboden is. Minister Plasterk kondigde in zijn brief van 23 juni 2016 aan dat de Algemene wet gelijke behandeling (Awgb) wordt gewijzigd om het verbod van discriminatie van transgenders en mensen met een intersekse conditie te expliciteren. Het College onderschrijft zijn bevindingen. Door middel van zijn brief van 20 september 2016 heeft het College de Tweede Kamer aanvullend geïnformeerd. Met name over de manier waarop de voorgestelde wijzigingen kunnen worden doorgevoerd en over de terminologie die veel landen hanteren.

Discriminatie van transgenders en mensen met een intersekse conditie is nu verboden in Nederland via het verbod van discriminatie op grond van geslacht. In meerdere oordelen heeft het College het volgende gesteld: “Om de bescherming van de gelijke behandelings-wetgeving te kunnen genieten is het niet noodzakelijk dat iemand wordt gediscrimineerd omdat hij/zij man of vrouw is. Ook wanneer iemands genderidentiteit in het geding is die buiten de standaard categorie van man of vrouw valt, kan een beroep op de gelijkebehandelingswetgeving worden gedaan.”

Er is dus geen juridische noodzaak om dit anders te regelen. Wel is er een maatschappelijke wens om het verbod van discriminatie van mensen met een intersekse conditie en transgenders meer zichtbaarheid te geven. Het College steunt vanuit dit perspectief de wens tot wijziging van de Awgb. Het College adviseert dit te doen door een nieuw lid 3 toe te voegen aan artikel 1 van de Awgb. Daarmee kan worden geëxpliciteerd dat onder onderscheid op grond van geslacht mede onderscheid op grond van genderidentiteit en geslachtskenmerken wordt verstaan.